Wet Huis voor Klokkenluiders in werking getreden

Geplaatst op: 21 jul, 2016

Per 1 juli 2016 is de Wet Huis voor klokkenluiders in werking getreden. Ondanks de vrij geruisloze inwerkingtreding van deze nieuwe wet, brengt deze wetgeving ook gevolgen voor clubs met zich mee. De FBO heeft ten aanzien van deze nieuwe wet de gevolgen voor clubs in kaart gebracht.

 

Wet Huis voor Klokkenluiders

 

Per 1 juli jl. is het voor werkgevers met ten minste vijftig man personeel verplicht een procedure vast te stellen voor het melden van een vermoeden van een misstand binnen zijn organisatie. Onder werknemers wordt in deze wet verstaan: iedere persoon met een arbeidsovereenkomst of een zelfstandige, die arbeid verricht of heeft verricht. Afhankelijk van de procedure die de werkgever hiervoor heeft opgericht, meldt de werknemer het vermoeden eerst bij de leidinggevende, vertrouwenspersoon of een andere in een interne klachtenregeling aangewezen persoon. Wordt de gemelde misstand niet binnen een redelijke termijn aangepakt, dan kan de werknemer het vermoeden melden bij het Huis voor klokkenluiders(hierna te noemen: ‘het Huis’). Op grond van de wet is dit de Nationale ombudsman.

 

Vermoeden van misstand

 

De werknemer heeft slechts de mogelijkheid het vermoeden van een misstand aan te kaarten indien dit vermoeden gebaseerd is op redelijke gronden voortvloeiend uit kennis opgedaan binnen de werkrelatie en het maatschappelijk belang bij de schending van een wettelijk voorschrift in het geding is. Van laatstgenoemd vereiste kan bijvoorbeeld sprake zijn als er een gevaar voor de veiligheid van personen of een gevaar voor het goed functioneren van de openbare dienst ontstaat. De werknemer dient een vermoedelijke misstand in eerste instantie bij een daartoe bevoegd orgaan binnen de werkgever te melden. In principe wordt een melding geweigerd wanneer de werknemer de interne procedure niet gevolgd heeft. De werknemer heeft echter ook de mogelijkheid de misstand rechtstreeks aan het Huis melden indien van hem in redelijkheid niet gevraagd kan worden het vermoeden binnen de organisatie van de werkgever te melden. Het vaststellen van een interne procedure kan dus al een hoop problemen voorkomen.

Risico’s

 

Gezien het feit dat contractspelers conform de Wet Huis voor klokkenluiders ook binnen de definitie van werknemer vallen, zullen clubs al snel aan de vereiste 50 werknemers voldoen. Daarom acht de FBO het van belang de mogelijke risico’s in kaart te brengen.

 

Om te beginnen kan het Huis de werkgever van aanbevelingen voorzien, indien een vermoeden van een misstand naar het oordeel van het Huis voldoende onderbouwd is. Deze aanbeveling brengt geen civiel- of strafrechtelijke gevolgen met zich mee, maar de werkgever dient wel het Huis te informeren hoe hij gevolg zal geven aan de aanbeveling. Is de werkgever van plan de aanbeveling niet op te volgen, dan dient hij de redenen daartoe te motiveren. Het risico voor de clubs ligt bij het feit dat de aanbeveling wordt verstrekt aan een ieder die daarom verzoekt. Aangezien clubs in de media onder een vergrootglas liggen, bestaat de mogelijkheid dat een misstand wordt geconstateerd en daarmee openbaar kan worden gemaakt.

 

Ten tweede kan de werknemer het Huis verzoeken een onderzoek in te stellen naar de wijze waarop de werkgever zich naar de werknemer heeft gedragen naar aanleiding van de melding. Het ter beschikking stellen van een eerlijke interne procedure zou clubs tegen een dergelijk onderzoek kunnen beschermen. Is er geen interne procedure opgesteld, dan wordt het voor de werknemer gemakkelijker om direct naar het Huis te stappen, zonder voorafgaande inlichting bij de werkgever.

De werkgever kan de overeenkomst met de werknemer tot een jaar na het oordeel van het Huis niet opzeggen op grond van het aankaarten van de misstand. Bovendien mag de werkgever de werknemer op grond van het aankaarten van de misstand niet benadelen.

 

Tot slot

 

Of de Wet Huis voor klokkenluiders daadwerkelijk grote invloed heeft op de voetbalsector, dient te worden afgewacht. Aanbevolen wordt echter wel om in ieder geval een werknemer binnen de organisatie als onafhankelijk aanspreekpunt aan te stellen. Doet men dit namelijk niet, dan wordt het voor de werknemer makkelijker om direct naar het Huis te stappen, waardoor eventuele misstanden openbaar kunnen worden gemaakt. Het instellen van een interne procedure doet de clubs de mogelijkheid behouden de kwestie eerst intern op te lossen. Wij als FBO zullen de komende tijd gebruiken om te bezien of wij een ‘modelprocedure’ voor clubs kunnen redigeren. Hiervan worden clubs uiteraard op de hoogte gehouden.

 

Indien u als club vragen heeft ten aanzien van deze nieuwe regeling, aarzelt u dan niet om rechtstreeks contact met de FBO op te nemen.